De Freude van Bach

4 March 2013, 20:44

Het is al maart, maar het weer wintert nog wat na en toch vindt het nodige publiek zijn weg naar de Wilhelminakerk in Ridderkerk. Daar verzorgt het concertkoort en begeleidingsorkest Ars Musica een zgn. Educatief Lunchpauzeconcert. Dirigent Patrick van der Linden laat zijn licht schijnen op bepaalde delen van de Matthäus Passion, die aan het einde van de week in Oudewater weer wordt uitgevoerd. Aan bod komen o.a. de structuur van de vertelling, de rol van de (klassieke) retorica, de manier waarop bijv. de toonzetting (en de afstand van toonsprongen) een bepaalde emotie uitdrukt. Bach gebruikt daar allerlei middelen voor. De muziek beeldt vaak heel letterlijk uit wat de tekst zegt.
Veel van die effecten worden door de oppervlakkige en zelfs de oplettende toehoorder niet zonder meer gehoord. Een prachtig voorbeeld is het “Herr, bin ich’s”, dat door het koor precies elf keer wordt herhaald – een keer voor elke discipel … Judas ‘zong’ niet mee!
Of de emotie in die aria, die aan het einde werkelijk ontploft in “Sind Blitze, sind Dönner in Wolken verschwunden…”, de Christelijke Gemeente zingt als het ware zijn verontwaardiging uit met al het aardse geweld dat opgebracht kan worden…

Van der Linden komt bevlogen over in al zijn deskundigheid, brengt dat ook over op het puliek. Ook met zijn ‘werk-tenor’ als hij zonder veel omhaal de evangelist-partij ten gehore brengt. Margreet Rietveld klinkt warm als altijd. De bas Kees van Bochove vol en overtuigend.

En in alle verwondering om de kundigheid van uitvoerenden en componist – aan het einde van de ‘lunchpauze’ hoor ik de zucht om me heen: ‘wat is het toch mooi!’… Dat is de emotie die overblijft.

Het is eigenlijk onverklaard, ondanks alle pogingen, die men ertoe onderneemt, waarom de muziek van Johann Sebastian Bach na ruim 250 jaar nog altijd zoveel mensen aanspreekt. En het genie van Bach, als componist is eigenlijk pas (redelijk laat) na zijn leven ontdekt. Twee van zijn zoons genoten tijdens hun leven veel meer bekendheid als componist, dan hun vader tijdens het zijne.
Voor Ars Musica vormt dit lunchpauzeconcert de opening van hun eerste Bachweek; zo bood het Concertgebouworkest vanaf het begin van dit jaar een “Zing en Beleef-cursus”: meezingen met de koralen in de Matthäus op de uitvoering van 21 maart. De Nederlandse Bachverening alleen al heeft tien uitvoeringen van de Matthäus deze maand; De Bachagenda.nl geeft in deze maand maart al bijna 200 concerten met werken van Johann Sebastian (in Nederland!) – kortom er is geen componist, oud of nieuw, die zo vaak en zo consequent wordt uitgevoerd.
De Brits-Amerikaanse musicus Jeremy Siepmann komt in zijn biografie van Bach denk ik dicht bij een antwoord: “De enige emotie, als je het zo kunt noemen, die geen enkele plek heeft in Bachs werk is de wanhoop.” Als het ergens vol van is, dan is het “Joy”, “Freude”, ook en juist in het licht van de dood.

En daarmee geeft het een dubbel gevoel dat Bach zo vaak in de concertzaal wordt gespeeld en niet in de kerk, waar het geestelijke werk voor bedoeld was. Waar het Bach ook om ging. Hoe plezierig is het dan ook, dat “Kerkdienst met Bach” (met cantate nr 23) een onderdeel is van de Bachweek van Ars Musica.
Ik geloof dat er een verband is, tussen de troost die Bach putte uit zijn Bron en de schoonheid van de muziek waarin hij dat wist uit te drukken. En dat geeft een ander dubbel gevoel: die troost en de Bijbelwoorden klinken dan toch maar, ook in die concertzalen…

Dat een ieder het moge horen, dat die Troost en die “Freude” komt van “Du wahrer Gott und Davids Sohn”…

JPvdV

,

---

Reageer

 
---